
Den Helder – Maxime’s Pro Shop van bowlingvereniging Den Helder heeft het seizoen 2024/2025 in de 2e Divisie A van de Nationale Trio League afgesloten met een verdiende tweede plaats. Na een stabiel regulier seizoen en een sterke promotiepoule volgde in mei een beslissende slotdag in Rijswijk. Ook op individueel vlak was er succes: Michiel van der Maas gooide voor het eerst in tien jaar weer een perfect game in Den Helder.
Het team uit Den Helder begon het seizoen in oktober en wist zich via zes speelronden te plaatsen voor de promotiepoule. Daarin speelden ze tegen de andere topteams uit de klasse. In maart en april kwam het team echt op stoom, met opvallend constante prestaties van Michiel van der Maas en Maxime de Rooij. De laatste speelronde van het seizoen werd eind mei gespeeld in Rijswijk. De omstandigheden waren lastig, met banen die werkten met het string-pin systeem. Dat zijn de welbekende touwtjesbanen, waar elke pin vast zit aan een koord. Het team begon tegen thuisspelend Rijswijk (6-4 winst), en pakte daarna overtuigende zeges tegen The Bears (8-2) en koploper Groenveld Vastgoed (8-2).
In de tweede ronde werd opnieuw gewonnen van The Bears, met een sterke 277 van Michiel. Groenveld wist de tweede ontmoeting wel te winnen (2-8), maar in de laatste wedstrijd tegen Rijswijk stelde Maxime’s Pro Shop met een 8-2 overwinning alsnog de tweede plek veilig. Michiel gooide 268, Maxime 228. Doordat concurrent The Bears in hun laatste wedstrijd slechts één punt pakte, steeg het team uit Den Helder alsnog naar de tweede plaats in de eindstand. Remco Wanei stopt na dit seizoen. Zijn plek wordt in het najaar overgenomen door Tim Wijma. Of het team promoveert naar de 1e Divisie is nog niet bekend. De nieuwe competitie-indeling wordt deze zomer verwacht.
Perfect game
Op 15 mei werd op de thuisbanen bovendien een bijzonder moment genoteerd. Michiel van der Maas gooide een 300-game, exact tien jaar na zijn vorige perfecte score. Het betekende de eerste 300 binnen de vereniging sinds 2015. “Niet alle ballen waren perfect,” zei hij achteraf, “maar ze vielen wel.”