
Den Helder – Niet alleen branden blussen, maar ook zoekingen en reddingen in het water maken deel uit van het takenpakket van de brandweer. Om deze kennis vers te houden heeft het korps in Den Helder uitgebreid geoefend met een gespecialiseerd duikteam van eenheid Amsterdam-Amstelland.
Het takenpakket van de brandweer omvat meer dan alleen het blussen van branden. De brandweer beschikt onder andere over een specialistisch duikteam dat zich richt op zoekingen, en het redden van te water geraakte personen. “Vandaag hebben we een oefening gezien met een te water geraakt persoon, dat komt bij ons veel voor”, aldus duikinstructeur Ed de Roo. Betrokken bij het specialistische duikteam van regio Amsterdam-Amstelland weet hij als geen ander hoe lastig deze reddingen kunnen zijn. “Wij zitten natuurlijk in het centrum van Amsterdam, en zulke reddingen komen regelmatig voor. Dan moet je denken aan zo’n twee keer in de week”. De duikteams oefenen dan ook minstens twee keer per maand met een dergelijk scenario. Met de reddingen is wel de hulp van reguliere korpsen nodig, zowel voor de mankracht als voor het materieel.
Trainen met korpsen uit andere regio’s is dan ook noodzakelijk. De reguliere brandweerkorpsen verlenen ondersteuning aan de duikteams, zodat zij veilig hun werk kunnen doen. “Denk aan het afzetten van een werkgebied, en het in kaart brengen waar een mogelijk slachtoffer zou kunnen liggen”, vertelt Jeremy Schoens, bevelvoerder bij het korps in Den Helder. “Als het water niet te diep is kunnen wij ook met waadpakken alvast een werkgebied verkennen”. Daarnaast worden onder andere hoogwerkers ingezet om slachtoffers op een brancard op het droge te tillen. Door regelmatig oefeningen uit te voeren met de duikteams blijft de kennis van het korps scherp, en kan een echte redding soepel verlopen.
Net als autorijden
Donderdag werd een oefening gehouden aan de Kerkgracht, direct tegenover het gemeentehuis. In samenwerking met een ladderwagen en een hoogwerker van het korps Den Helder werd een pop uit het water ‘gered’. “De oefening ging goed, de samenwerking verliep soepel”, aldus Schoens. “Juist dat ondiepe water kan lastig zijn voor de duikers”, weet de Roo. Door de lucht in het pak te veranderen reguleert de duiker het zinken of stijgen, iets wat niet eenvoudig is in ondiep water; de marges zijn hier nu eenmaal klein. Daarnaast is het lastig om in troebel water een slachtoffer te lokaliseren. Via een lijn kan een duiker communiceren met een collega op het droge, die bij slecht zicht aanwijzingen kan geven.
Ook voor de duikteams is de training dus geen overbodige luxe. Het duikteam dat bij deze trainingsdagen is ingezet is in opleiding en kan de uren goed gebruiken, zo verteld de Roo. Door regelmatige oefening kan elke duiker individueel aandacht besteden aan specifieke trainingsdoelen, en zo de kunst bijschaven. Daarnaast komt er meer bij het werk kijken dan op het eerste gezicht lijkt. Wanneer bijvoorbeeld het vermoeden bestaat dat een slachtoffer door een misdrijf om het leven is gekomen, moeten de duikers ook forensische sporen kunnen veiligstellen. Volgens de Roo is een goed team vooral het product van oefening en regelmaat. “Je moet het zien als autorijden. Als iemand net zijn rijbewijs heeft, wil je het liefst dat hij gelijk honderd uur achter het stuur zit. Dan wordt je gewoon een betere chauffeur.”