Den Helder – Diep in de kelder van de Marineclub op schiereiland Harssens speelden de monniken het kegelspel. Klinkt als het begin van een spannend sprookje, maar dat is het niet. Oud-officieren van Defensie spelen al sinds 1951 met hun club “De Monniken” het spel van de rollende bal, op een smalle baan met als doel de kegels omver te werpen. Dat gebeurt onder het genot van een biertje, maar de krasse knarren zijn nog zeker onderling competitief.
Volgens de overlevering is de club al voor 1951 opgericht in de voormalige Nederlandse kolonie Indonesië en van daaruit meegenomen naar Den Helder. De eerste banen lagen in het herenhuis van de Marineclub aan de Kanaalweg en zijn meeverhuisd naar Harssens, waar de nieuwe Marineclub werd gebouwd om de dijkverzwaring mogelijk te maken. Later zijn de banen en de elektronische telling van voormalig hotel-café-restaurant ‘De Branding’ uit Huisduinen overgenomen.
Het oudste lid is Hans Heuseveldt, die al aan zijn 43e jaar kegelen bezig is. Hij is nog net 89, maar wordt binnenkort 90 jaar jong. Hij is zelf zo’n tien jaar ‘Vader Abt’ van de club geweest, een naam die de voorzitter van de club automatisch krijgt. Hij vertelt over de strijd die voorheen door vier kegelclubs werd uitgevochten, waarbij hij toch even opmerkt dat de Monniken het daar altijd goed deden. Verhalen van mensen die na de wedstrijd op hun fiets stapten en er aan de andere kant pardoes weer afvielen waren zeker vermakelijk.
De secretaris/penningmeester Co Dirks is druk met het tellen van de centen tijdens de wedstrijd. De leden leggen op de avond allemaal 50 cent in en om Co zich niet te laten vervelen doen ze dat het liefst met stuivers. De pot werd verdeeld over vier glazen, twee kleine en twee grote, die uiteindelijk aan de koppels op de eerste en tweede plaats werden uitgereikt. Hij had nog wel even tijd om te vertellen dat ze één of twee keer per jaar tegen een kegelclub uit Anna Paulowna en Leeuwarden spelen. Voor alle deelnemers toch altijd weer een leuke ervaring.
De elektronica van de baan wordt door de leden zelfs onderhouden. Het voordeel van een voorzitter die zijn hele leven in de elektronica heeft gezeten is dan natuurlijk wel erg fijn. Eens in de twee jaar wordt de baan ook geschaafd, dit is niet even met een machine er over, maar er komt een vakman uit Doesburg die de baan handmatig opknapt. Op het oog en een waterpas weet hij precies de juiste bolling in de smalle banen te krijgen.
De jongste leden van de club zijn 70 jaar, dus wat nieuwe aanwas is zeker welkom. De gemiddelde leeftijd doet aan het spelplezier zeker niets af en de oude jongens krentenbrood verhalen zijn meer dan vermakelijk!
