Hollands Kroon – Het Cultuurplatform Hollands Kroon, een door de raad ingesteld orgaan dat toeziet op de ontwikkeling en samenhang van het culturele leven, adviseert de gemeente om een cultuurprofiel op te stellen dat past bij het verhaal en de samenstelling van Hollands Kroon. Daarbij moeten alle kernen zich kunnen richten op een van de cultuuraspecten en wordt er expliciet niet gekozen om één van de kernen te ontwikkelen tot cultuurcentrum van de gemeente. Momenteel loopt Hollands Kroon qua aandacht voor cultuur achter op vergelijkbare gemeenten.
Hollands Kroon geeft niet veel uit aan cultuur
Wat duidelijk is voor het Cultuurplatform is dat er iets moet gaan gebeuren aan het cultuurbeleid in Hollands Kroon. Om te onderzoeken waar de gemeente staat hebben zij een vergelijking gemaakt tussen de gemeenten Schouwen-Duiveland, Berkelland, Opsterland en Hollands Kroon. Deze gemeenten hebben namelijk veel vergelijkbare kenmerken, zoals het oppervlakte, het aantal inwoners en de afstand tussen de kernen. Uit het onderzoek blijkt dat Hollands Kroon verreweg het minste geld uitgeeft aan cultuur en het beleid is alleen in Hollands Kroon verdeeld over verschillende portefeuilles. De gemeente Hollands Kroon is ook van de vier de enige gemeente die de verstrekking van incidentele cultuursubsidies heeft uitbesteed aan een niet-culturele instelling, namelijk de Hollands Kroonse Uitdaging.
Het advies van het Cultuurplatform is daarom allereerst om een integraal cultuurbeleid op te stellen dat past bij de omvang van de gemeente en deze onder te brengen bij één portefeuille. Hiermee wordt richting gegeven aan het cultuurbeleid, waarbij een inhaalslag nodig is. Het Cultuurplatform vindt wel dat er recentelijk verschillende positieve ontwikkelingen zijn geweest, zoals het oprichten van het platform zelf, het instellen van een Cultuurprijs en het beginnen met vastleggen van het cultureel erfgoed. Toch moet er beleid zijn om sturing mogelijk te maken, zo zou volgens het Cultuurplatform het toekennen van subsidies ook enkel gedaan moeten worden wanneer deze passen binnen het geformuleerde cultuurbeleid.
Kleine impulsen
De praktische invulling van het beleid kan op verschillende manieren, maar belangrijk is dat er in alle kernen iets gebeurt. Het centraliseren van cultuurvoorzieningen in één kern heeft, net als bij de vele andere voorzieningen in Hollands Kroon, niet de voorkeur. Het inzetten op eigen voorzieningen als een theater en een museum in iedere kern ligt ook niet voor de hand, gezien de geografische indeling van de gemeente. Daarvoor zijn de kernen gewoonweg te klein. Er kan echter wel worden gekeken naar laagdrempelige zaken als een festivalterrein, goede tentoonstellingsruimten of het inrichten van een gebied waar kunstenaars een woon-werkplek kunnen hebben. Daarbij noemt het platform de ‘artist in residence’ Het Pompgemaal in Den Helder als voorbeeld.
Volgens wethouder Theo Meskers zou het oprichten van een cultureel centrum een goede stap zijn, maar dat komt niet overeen met het advies om niet één van de kernen als het ware de cultuurhoofdstad te maken. Vier culturele centra is volgens Meskers iets teveel van het goede. Hij ziet de oplossing voor het doorontwikkelen van de cultuurbeleving dan ook meer in kleine impulsen, zoals het faciliteren van lezingen door schrijvers en andere culturele bijeenkomsten. Meskers en ook wethouder Mary van Gent staan beide achter het advies om het volgende college de opdracht te geven cultuur onder één portefeuille te plaatsen. Op welke wijze de gemeenteraad om zal gaan met de adviezen van het Cultuurplatform moet blijken. Daarbij is het goed mogelijk dat de raad het college inderdaad de opdracht geeft om het geadviseerde cultuurbeleid op te stellen.