Het door Berenschot gepresenteerde rapport over datacenters was deze week in vele landelijke en (boven)lokale media onderwerp van gesprek. Er werden harde termen gebezigd, waarbij veel journalisten hun best deden vooral de juiste context te vermijden. De journalist was natuurlijk niet voor niets naar de Noordkop afgereisd, er moest dan uiteraard ook wel een spectaculair verhaal uit de pen vloeien.
Feitelijk heeft Berenschot echter geen misstanden geconstateerd. Daarnaast was het onderzoeksbureau juist positief en vol lof over een kleine gemeente (aanvankelijk Wieringermeer, later in het proces Hollands Kroon) die een dergelijk groot project wist te realiseren. De onderzoekers gebruiken in het rapport termen als indrukwekkend en knap. Bij de massaal uitgerukte landelijke en bovenlokale media viel het vinnige tikken op de laptop even stil, want met dit soort feitelijkheden konden de journalisten natuurlijk niet thuiskomen. Daar wordt het artikel allemaal niet spectaculairder van.
Kaartje
Tot hun zichtbare opluchting zijn er natuurlijk ook dingen minder goed gegaan, zoals de participatie en er was een ‘knullig’ of minder duidelijk kaartje in de structuurvisie. Dit werd dan ook direct gretig uit zijn verband getrokken door het aanwezige journaille. Het ‘stilletjes vervangen van een kaartje’ waar techgiganten datacenters konden bouwen” wekt bij de lezers wat extra schimmigheid en verontwaardiging op, ook al was het feitelijk niet veel meer dan het opwaarderen van de structuurvisie uit 2010 naar de structuurvisie van 2016. Uiteraard zijn daar een aantal nieuwe ontwikkelingsrichtingen op allerlei gebied in opgenomen, anders hoeft zo’n structuurvisie immers niet opgewaardeerd te worden. Dat proces gebeurt vrijwel altijd met inspraakmogelijkheden voor belanghebbenden en eindigt met de openbare democratische besluitvorming door de gemeenteraad.
Nu is een structuurvisie (tegenwoordig omgevingsvisie) een zogenaamd zelfbindend strategisch beleidsdocument, waar inwoners of bedrijven geen rechten aan kunnen ontlenen en waar gemeenten voor zichzelf de mogelijke of wenselijke ontwikkelingen in kunnen aangeven. Pas als er later een veel gedetailleerder bestemmingsplan wordt vastgesteld met een veel preciezer kaartniveau wordt dit een juridisch bindend document, met zowel rechten en plichten voor de gemeente als voor inwoners en bedrijven.
Onjuist informeren
Voor de media leveren al die vervelende feitelijkheden over ruimtelijke ordening natuurlijk geen adembenemend verhaal op, dus spraken zij over de toonzetting van de onderzoekers en verhalen over een harde toon en een spijkerhard rapport waarin gehakt gemaakt werd van het gevoerde beleid, hetgeen absoluut niet het geval was. Maar ja, het levert wel een smeuïger artikel op en over het onjuist informeren van lezers maken sommige media zich immers al jaren geen zorgen meer.
Na afloop van de presentatie heb ik onderzoeker Willem Buunk van Berenschot nog de eenvoudige vraag gesteld hoe de gemeente het, nu terugkijkend op het hele proces, had gedaan? Hij antwoordde daarop “dat het enorm positief is wat er tot stand is gebracht en vooral dat het voor een kleine gemeente gewoon erg knap is om dergelijke grootschalige ontwikkelingen te realiseren”. Verder was hij van mening dat het proces goed gelopen was, maar dat de gemeente qua participatie wel beter had kunnen inspelen op de veranderende maatschappelijke sentimenten (na 2019…).
Voor mij was de grootste eyeopener eigenlijk wel dat de media moreel in staat is uit eigen belang van een positief reconstructief onderzoek een verhaal te maken waar de achterdocht en verdachtmakingen vanaf druipen, met blijkbaar als enig doel sensationele berichten te creëren die verontwaardiging opwekken, maar die het publiek feitelijk onjuist informeren.
De journalistiek moet voor iedereen open staan, ook voor oud politici, al blijf ik een achtergrond in dat ons kent ons wereldje problematisch vinden. Nu ik alle informatie gelezen heb, moet ik toegeven dat ik misschien iets te kritisch ben geweest in de richting van Hans Boskeljon. Het stuk dat hij schreef is in redelijkheid toch wel te schrijven, mits je niet over al te veel kritisch vermogen beschikt. En daar ontbreekt het totaal aan in onze maatschappij. In het algemeen geldt het volgende; Gaat het ergens fout in het openbaar bestuur, dan koopt dat bestuur een aflaat bij een duur onderzoeksbureau. Een bureau dat de ‘onderzochte’ zelf uitzoekt en betaalt. Wie betaalt bepaalt. Wil je overeind blijven met een dergelijk onderzoeksbureau, dan moet je vooral niet te diep graven en altijd melden dat er niets aan de hand is, anders verlies je klanten. Wel dien je het onderzoek te overgieten met een kritisch sausje, om de schijn van onafhankelijkheid overeind te houden. Daarom vind ik het niet gek dat echte journalisten zich op dat sausje concentreren. Wat me opvalt in het opinie stuk van Hans, is dat hij zich afzet tegen de journalistiek in het algemeen. Hij identificeert zich overduidelijk meer met politici die toch zulke geweldige prestaties leveren, dan met de journalistiek waarvan hij nu zelf deel uit maakt. Althans dat hoop ik. Misschien gaat het Hans dan ook eens opvallen, dat particuliere onderzoeksbureaus -altijd- melden dat er niets aan de hand is. Iets dat volstrekt in strijd is met de ervaringen die wij burgers met de overheid op doen. Een overheid waarin inmiddels vrijwel niemand meer vertrouwen heeft…
Die laatste alinea is een dijenkletser.
Nooit van een Tabloid gehoord? 🤪
Tenslotte nog een advies aan Hans Boskeljon in het kader van openheid en eerlijkheid;
Op deze site staat: “Hans Boskeljon is sinds mei 2023 politiek verslaggever voor Regio Noordkop. Hij richt zich uitsluitend op de politiek binnen de gemeente Hollands Kroon. Hans is bereikbaar via hans@regionoordkop.nl“.
Maak daarvan: Hans Boskeljon is oud wethouder van de gemeente Den Helder. Hij is sinds mei 2013 politiek verslaggever voor Regio Noordkop etc.
Journalistiek is een vak. Het is duidelijk dat de oud-PvdA-wethouder van Den Helder dat nog moet leren.
Het ‘feitelijk juist informeren’ van het publiek kunnen we dus voortaan maar beter aan de politiek overlaten, want die is in de ogen van de wakkere verslaggever Boskeljon kennelijk meer te vertrouwen dan de media, zoals min of meer uit de slotalinea van zijn als verweerschrift verpakte column (?) valt op te maken.
Tja, merkwaardig. Als oud-wethouder moet hij als geen ander ervan op de hoogte zijn waartoe politici ‘moreel in staat’ zijn, louter uit eigen belang, alleen maar om hun positie te verdedigen, of erger nog, om stemmen te winnen. Als ergens het morele verval is ingetreden, dan is het wel in de politiek. Het geeft geen pas om dan met een vermanend vingertje naar de media te wijzen, hoewel die er, toegegeven, ook regelmatig een potje van maken ….
WTF?