Den Helder – Het grondwaterpeil in de Grafelijkheidsduinen weer op het niveau van rond 1900 en de terugkeer van oorspronkelijke duinvegetatie. Reimer Bekius maakt bij zijn afzwaaien als duinconsulent de balans op, maar hij telt niet uitsluitend de zegeningen. “Als actievoerder heb je ook te maken met frustratie, als je minder succes hebt dan gehoopt.”
Als docent biologie droeg Reimer 33 jaar lang kennis van en interesse voor de natuur over aan Helderse middelbare scholieren. Het leven buiten de schoolmuren speelde zich vooral af in de duinen. Met een scherp oog hield hij als consulent van de Stichting Duinbehoud 45 jaar lang de duinnatuur in de gaten, van de Huisduinen tot en met de Noordduinen bij Julianadorp. Grote veranderingen voltrokken zich, zoals het staken van de waterwinning en het afgraven van de stikstofrijke bovenlaag van de bodem in de Grafelijkheidsduinen. “Vegetatie die thuishoort in de duinen, is daardoor teruggekeerd”, aldus Reimer. “En het grondwater staat nu weer op hetzelfde peil als in 1900.”
Opmerkelijk in de Grafelijksheids- en Noordduinen is de aanwezigheid van de tapuit. Nergens in Nederland vind je zoveel broedparen van deze zeldzame vogel. Het is de ‘bijvangst’ van het ontplaggen en begrazen. Dat heeft een open, zanderig duinlandschap opgeleverd, waar konijnen goed gedijen. En ook de tapuit, want die broedt in konijnenholen. De populatie is zelfs gegroeid. Dit is uniek in Nederland.
Actie
Als duinconsulent heeft Reimer zich vooral toegelegd op actievoeren, onder andere tegen lichtvervuiling in de natuur. Met succes. Stonden aanvankelijk álle strandopgangen op de nominatie om te worden verlicht, dat is uiteindelijk beperkt gebleven tot de opgang bij Julianadorp. Tennisbaanverlichting tegenhouden aan de rand van de duinen in Julianadorp is niet gelukt. En dat knaagt nog steeds. “Vooral de vleermuis is er de dupe van. Dergelijke verstorende verlichting aan de rand van een natuurgebied is niet meer van deze tijd. De minder plezierige kant van actievoeren is wanneer je niet bereikt waarop je had gehoopt.”
Wat tientallen jaren knokken voor de duinen heeft opgeleverd? Reimer: “De kracht van Stichting Duinbehoud ligt in het gezamenlijk optrekken met andere natuur- en milieuorganisaties waardoor drinkwaterwinning in de duinen is gestaakt of nu gebeurt op een natuurvriendelijke manier. En de stikstofoverlast staat nu echt op de agenda bij beleidsmakers.”
Marcel Wijnalda nieuw in de Helderse duinen
Texel is zijn basis, maar met een been staat Marcel Wijnalda op het vaste land van Den Helder, waar hij werkt voor duurzaamheidscentrum de Helderse Vallei. Hij volgt Reimer Bekius op als consulent van de Stichting Duinbehoud. Als vrijwillige boswachter van Natuurmonumenten, natuurgids van IVN, Texelgids (‘Txgids’) en Werelderfgoedgids voor de Waddenvereniging, stroomt zout water door Marcels aderen. Zijn verleden als onderwijzer zet hij in voor natuureducatie. Marcel: “Daar ligt voor mij als duinconsulent een taak. Recreatie in goede banen leiden beschouw ik als een speerpunt. Het eist zijn deel op in onze natuur en is nauwelijks terug te dringen. Maar we kunnen recreatie wel in goede banen leiden en bezoekers ervan overtuigen de natuur te ontzien. Het project Het Groene Strand uitdragen en mensen overtuigen van de noodzaak ervan, zie ik als een belangrijke taak.”
Het Groene Strand is een samenwerking tussen Stichting Duinbehoud, Landschap Noord-Holland (LandschappenNL), IVN Natuureducatie, de Vogelbescherming en Stichting Anemoon om de natuur en natuurbeleving terug te brengen op de Nederlandse stranden. Het Groene Strand is mede mogelijk gemaakt door een bijdrage van de Nationale Postcode Loterij.
Overal waar duinnatuur is, is Stichting Duinbehoud actief met een landelijke netwerk van 40 consulenten. Zij zijn de oren en ogen van Duinbehoud langs de hele Nederlandse kust, volgen nauwlettend ruimtelijke ontwikkelingen die effect hebben op de duinnatuur en komen in het geweer als die in de knel komt.