Gemeente blijft praten over registratie tijdelijke werknemers

Den Helder – De registratie van tijdelijke werknemers binnen de gemeentegrenzen blijkt, mede door de coronacrisis maar ook door weerstand bij ondernemers, een langdurig traject te worden. Op korte termijn wil de gemeente werkbare afspraken maken over registratie met ondernemers en uitzendbureaus. Ook een regionale uniforme aanpak met daarbij betrokkenheid van ondernemers wordt onder de loep genomen. Vanaf augustus, na de drukke seizoensperiode voor agrariërs, zullen overleggen met ondernemers, vertegenwoordigers uit de branche en uitzendorganisaties weer opgepakt worden.

Na de besluitvorming in de raad in december 2019, over de registratie van tijdelijke werknemers, is begin dit jaar gestart met de voorbereiding. Informatie bij de agrarische ondernemers in Den Helder is verzameld, waardoor duidelijkheid is ontstaan over de aantallen tijdelijke werknemers die zij in dienst hebben en gedurende welke periode(n) in het jaar.

Andere situatie
Duidelijk was al dat in Den Helder sprake is van een andere situatie wat betreft de aard van het tijdelijk werk dan in andere gemeenten. In Den Helder bestaat dit grotendeels uit werknemers in de bollensector. In deze sector is meestal sprake van twee of drie korte periodes van een paar weken, verspreid over het jaar. Dit is duidelijk anders dan in bijvoorbeeld de sector glastuinbouw, waar medewerkers vaak langer aaneengesloten werken en verblijven in een gemeente.

Wederom is gebleken dat ondernemers het nut en de noodzaak tot registreren van hun werknemers niet inzien. Er bestaat onder hen veel weerstand en zij wijzen erop dat inschrijven in de BRP ook in strijd is met de wet. Volgens de ondernemers verblijven hun tijdelijke werknemers slechts enkele weken, terwijl uit onderzoek blijkt dat werknemers langer in Nederland verblijven en ‘doorverhuizen’ naar ander werk.

Vervolgens is door de wethouder in de raadscommissie Stadsontwikkeling en –beheer gemeld dat, in overleg met de ondernemers, bekeken wordt hoe op een eenvoudige, alternatieve manier inzicht wordt geboden in de aanwezigheid en de huisvestingsbehoefte van tijdelijke werknemers. Vanwege de corona-crisis is het overleg met de werkgevers stil komen te vallen en is ervoor gekozen de ondernemers even met rust te laten in deze voor hen economisch moeilijke tijd. 

Drie sporen
De gemeente is nog steeds van plan de tijdelijke werknemers wel geregistreerd te krijgen. Overleg met vertegenwoordigers uit de branche (KAVB en LTO) heeft ondertussen wel plaatsgevonden en ook deze organisaties erkennen het nut van registratie. De vertegenwoordigers adviseren om kleinschalig en eenvoudig te beginnen en over een dergelijke aanpak in gesprek te gaan met enkele (agrarische) ondernemers, waarbij vertegenwoordigers vanuit de koepelorganisatie aansluiten. Vanuit de koepel is steun en draagvlak voor het registreren van kort-verblijvende werknemers.

Een denkbare alternatieve manier van registratie is het gebruik maken van een korte, eenvoudige onlinevragenlijst of het digitale nachtregister. Dit wordt door gemeenten tot nog toe ingezet voor het monitoren en inzichtelijk maken van verblijfsbezoek (toerisme). Het kan echter ook worden gebruikt voor tijdelijke werknemers die binnen de gemeentegrenzen (of regiogrenzen) verblijven.

Een derde alternatief is aan te dringen op een mogelijk steviger rol vanuit de provincie. Begin juni heeft de statencommissie Ruimte, Wonen en Klimaat over dit onderwerp gesproken. De commissie heeft de gedeputeerde gevraagd met een notitie te komen (september), waarin een steviger regierol voor de provincie wordt uitgewerkt. Een constructieve samenwerking met de verschillende regio’s en gemeenten is hierbij het uitgangspunt. Vervolgens zal de provincie hierover het gesprek met de regio aangaan waarbij ook het handhavingsaspect en de registratie aan de orde komen.

Mobiele versie afsluiten