Den Helder – Er zijn bij de politiek nog te veel twijfels en vragen rondom de commerciële ambities van Port of Den Helder om met een gerust hart 17 miljoen euro vrij te maken. Dat bleek woensdagavond tijdens de commissievergadering Bestuur en Middelen. Het college moet van de raad terug naar de tekentafel om de beoogde totale investering van 32 miljoen op te splitsen in een nieuw raadsvoorstel.
Na het bericht dat het college via een Service Level Agreement (SLA) 32 miljoen euro wil investeren in Port of Den Helder bleek al snel dat de gemeenteraad meer informatie wilde hebben alvorens zij die beslissing zouden maken. Inmiddels hebben er verschillende besloten sessies plaatsgevonden waar raadsleden die informatie konden ophalen. Zo werd er ongeveer verteld waar het geld aan zou worden uitgegeven en hoe het havenbedrijf is omgegaan met eerdere investeringen door de gemeente.
Daaruit kwam naar voren dat er een duidelijk onderscheid gemaakt kan worden tussen de verschillende taken van Port of Den Helder. Zo is er een publieke taak en een commerciële taak. Onder de publieke taak valt onder andere het onderhoud aan de haveninfrastructuur. De commerciële taken zijn lastiger te duiden, omdat alle informatieverstrekking hierover achter gesloten deuren heeft plaatsgevonden. Het havenbedrijf is nu in ieder geval niet rendabel, maar wil zich verder ontwikkelen om straks mee te profiteren van de ontwikkelingen van wind op zee.
Vraagtekens bij commerciële doelstellingen
Na kritische vragen van verschillende raads- en commissieleden bleek dat van de beoogde investering van 32 miljoen maar liefst 15 miljoen bestemd is voor deze commerciële ambities. Opmerkelijk, omdat hierover niks staat in het voorliggende raadsvoorstel. Volgens CDA’er Harmen Krul staat dit zelfs haaks op hetgeen het college zelf zegt over de SLA, namelijk dat deze is opgesteld op basis van de aanbevelingen uit het door de gemeenteraad geïnitieerde Panteia onderzoek. Echter, daarin wordt expliciet voorgesteld juist alleen zo’n SLA op te stellen voor het onderhoud aan de infrastructuur. Dus niet voor de commerciële ambities.
Ook Carlo Assorgia van Beter voor Den Helder vindt dat het college en het havenbedrijf losjes omgaan met de aanbevelingen uit het onderzoek. Volgens Assorgia gebruikt de Port het rapport slechts om geld los te krijgen. Hij mist een goede onderbouwing en heeft twijfels bij de voorgestelde toekomstige winsten uit wind op zee. Behoorlijk Bestuur ging daarin nog verder: De oppositiepartij denkt dat het een illusie is dat Den Helder een grote rol gaat spelen bij de verdere ontwikkeling van windparken. De ligging is simpelweg niet goed, door de aanwezigheid van natuurgebieden en het gebrek aan infrastructuur. Bedrijven kiezen daarom voor andere vestigingslocaties.
Toen de commissie aan het woord was geweest kregen wethouders Chris de Koning en Pieter Kos de kans om vragen te beantwoorden. Behalve een hand in eigen boezem over het proces en de informatieverstrekking, die leek volgens Kos nergens op, was de beantwoording volgens de commissie onvoldoende. Wel waren de wethouders begripvol over de ‘chagrijn’ die inmiddels in dit dossier is geslopen. Na een korte schorsing kon het college toezeggen dat er een nieuw raadsvoorstel komt. Het gedeelte van de investering die bedoeld is voor de commerciële ambities wordt voor nu geschrapt. Dit past niet binnen het omarmde Panteia rapport en vraagt meer verduidelijking.
