Den HelderPolitiek

Ondanks uitspraak rechter is in nieuw beleid geen ruimte voor bindend aviesrecht woonwagenbewoners

Advertentie:

Den Helder – Het college B&W betreurt de uitspraak van de rechter inzake het verschil van inzicht tussen de gemeente en de bewoners van het woonwagencentrum aan de G.P. Blankmanstraat en is het er ook niet mee eens. Nu de zaak juridisch is beslecht wil het college verder met het opstellen van het toewijzingsbeleid, waarbij inwoners alsnog geen bindend adviesrecht krijgen.

Verkeerd geïnformeerd
Volgens de rechter heeft wethouder Michiel Wouters de gemeenteraad verkeerd geïnformeerd, door te zeggen dat hij niet op de hoogte was van het feit dat een voormalig college afspraken had gemaakt met de woonwagenbewoners. Zij kregen daarmee zeggenschap over wie er bij hen op het centrum mocht komen wonen. In een raadsinformatiebrief van 7 oktober stelde het college dat er sprake was van een ‘vermeende toezegging’ en dat de bindende inspraak niet is vastgelegd in de gemeentelijke verslagen. De rechtbank kwalificeert dit standpunt van de gemeente als “apert onjuist” en vervolgt met de conclusie dat “blijkens voorgaande de gemeenteraad dus onjuist is geïnformeerd”.

Volgens de rechter zijn er namelijk wel degelijk stukken waaruit de toezegging blijkt. Die dateren uit 2005 en 2006. Het gaat om verslagen van informatiebijeenkomsten, daar is de toezegging gedaan. Volgens de wethouder was de kwalificatie ‘vermeende toezegging’ gelet op de informatiepositie op dat moment geheel op zijn plaats. “Bovendien is de beoordeling over de informatievoorziening aan uw raad niet aan de rechtbank.”, zo valt te lezen in een nieuwe raadsinformatiebrief. Ook stelt het college dat de stukken waarop de rechter het oordeel baseert niet in het bezit van de gemeente zijn.

Nieuw beleid moet er alsnog komen
Ondanks dat de rechter de woonwagenbewoners in het gelijk stelt wat betreft de eerder gemaakte afspraken, geeft dit geen garanties voor de toekomst. De gemeente staat vrij om nieuw beleid over de toewijzingsvolgorde van woonwagenplaatsen vast te stellen. Het voorstel van het college, dat in september vorig jaar al besproken is in een Raadscommissie, zou betekenen dat de toewijzing geschiedt op basis van familierelaties met de bestaande bewoners. Wanneer er een plek vrijkomt zal de eerste prioriteit worden gegeven aan familieleden tot de derde graad. Vervolgens worden mensen die economisch- of maatschappelijk verbonden zijn aan de woonwagenlocatie in acht genomen. Pas als laatste krijgen belangstellenden die geen binding hebben met de locatie de kans om de standplaats over te nemen.

Zo kan er geen sprake zijn van willekeur, en blijven er geen woonwagens leeg staan, denkt het college. De rechtbank oordeelt dat dit toewijzingsbeleid een goede praktische oplossing kan zijn voor de discussie rondom de toekenning. Daarnaast hebben de bewoners van het woonwagencentrum ook geen bezwaar tegen deze volgorde. Echter willen de bewoners een veto-recht behouden, maar is dit voor de gemeente geen optie. Het college laat nu weten dat zij van mening blijft dat dit, een bindend advies omtrent toewijzing van standplaatsen, niet past binnen het huisvestingsbeleid van de gemeente Den Helder. De rechterlijke uitspraak lijkt dus niets te hebben veranderd aan de tegengestelde standpunten van het college en de bewoners van het woonwagencentrum aan de G.P. Blankmanstraat. Het college zal het opgestelde beleid nog eens toetsen aan de rechterlijke uitspraak en vervolgens in gesprek gaan met de bewoners. Uiteindelijk beslist de gemeenteraad over de kwestie.

Toon meer

Stijn Vos

Stijn Vos is werkzaam als politiek verslaggever bij Regio Noordkop. E-mail: stijn@regionoordkop.nl

1 reactie

  1. En weer speelt de gemeente een smerige spelletje.En weer bewijzen ze dat ze er niet zijn voor de inwoners.En weer proberen ze onder een uitspraak van de rechter uit te komen.En weer laten ze zich van hun slechtste kant zien.En weer ,en weer ,en weer .Het houdt niet op.

Wellicht ook interessant

Back to top button