Kop van Noord-Holland – De Nederlandse kottervisserij lijdt over de eerste helft van dit jaar een verlies van naar schatting meer dan 12 miljoen euro (vorig jaar 19 miljoen euro). Bijna alle vistechnieken zijn gemiddeld verliesgevend geweest, zo meldt de Universiteit van Wageningen. Ook in de garnalenvisserij ging het slecht. Deze vissers maakten 7 miljoen euro verlies. Boomkor op platvis leed 4 miljoen euro verlies. Alleen de flyshootvisserij op mul en inktvis behaalde een positief resultaat van 1 miljoen euro.
De belangrijkste oorzaak van het verlies in de kottervisserij is nog steeds de hoge brandstofprijs. De prijs is wel iets gedaald naar gemiddeld 0,78 euro/liter. Deze was 0,94 euro/liter in het eerste halfjaar van 2022. Met name de grotere boomkorschepen hadden te lijden onder die hoge brandstofkosten. Andere kosten namen ook verder toe zoals voor onderhoud en reparatie van de schepen.
De inzet van kotters is in het eerste halfjaar van 2023 11% lager geweest ten opzichte van dezelfde periode 2022. Dat was een jaar waarin de inzet ook al met 16% was teruggelopen ten opzichte van 2021. De aanvoer van vis en garnalen is met 2,2 miljoen kg teruggelopen met 12% minder dan een jaar eerder. Het totaal volume vis en garnalen kwam uit op bijna 16 miljoen kilo tegenover iets meer dan 18 miljoen kilo in het eerste half jaar van 2022. De opbrengst was 82,5 miljoen euro en in 2022 was dit nog 95,5 miljoen euro. De kottervisserij leed in de eerste helft van dit jaar 12 miljoen euro verlies. In 2022 was dat zelfs 19 miljoen euro.
Visprijzen
De gemiddelde prijs van garnalen daalde begin dit jaar en lag in de eerste helft van dit jaar ruim 90 eurocent lager dan in dezelfde periode van 2022, terwijl de aanvoer van garnalen teruggelopen is. De prijzen voor vis op de visafslagen stegen juist. De gemiddelde kiloprijzen bij de afslag voor tong, schol en inktvis kwamen uit op respectievelijk 17,28 euro (+17%), 2,75 euro (+5%) en 12,02 euro (+16%). De prijs voor mul daalde naar 7,82 euro (-15%).
Het gehele jaar 2022 liet voor de kotters een verlies van 6 miljoen euro zien. In voorgaande jaren 2019, 2020 en 2021 waren de resultaten nog positief, respectievelijk 9, 5 en 4 miljoen euro. In de kottervisserij worden opvarende vissers uitbetaald via een deelloonsysteem. Hierbij delen zij in de netto-opbrengst nadat de kosten zijn betaald uit de visserij opbrengst. De kosten bepalen in belangrijke mate dus de hoogte van het inkomen van de vissers als zelfstandige ondernemers. Hoge kosten zorgen daarmee voor dalende inkomens.
Onzekere toekomst
Noordzeevis is niet meer de dominante grondstof voor visverwerkende en handelsbedrijven. Met name in de kottervisserij is de aanvoer van vis drastisch omlaaggegaan omdat de inzet en de omvang van de vloot kleiner geworden is.
De teruglopende aanvoer van vis uit de Noordzee blijft zorgelijk. Het aandeel van Noordzeevis gevangen door Nederlandse vissers die in de keten wordt verwerkt en verhandeld neemt in een hoog tempo af. Door de sanering van een groep met name grote kotters komt er minder vis binnen aan wal. Dit dwingt visafslagen en handels- en verwerkingsbedrijven die afhankelijk zijn van Noordzeevis om alternatieve grondstoffen te zoeken zodat zij vis kunnen blijven verwerken en verhandelen.
Vooral in de garnalenvisserij heerst grote onzekerheid. Er ontbreekt perspectief om te kunnen investeren in verduurzaming en het weer rendabel maken van de visserij. Garnalenvissers moeten aantoonbaar en binnen afzienbare tijd binnen de bepaalde stikstofnormen blijven om nog een vergunning vanuit de Wet natuurbescherming te kunnen krijgen. Deze vergunning is nodig om te mogen vissen in Natura-2000 gebieden zoals langs de kust en in de Waddenzee. Daarnaast is er discussie gaande over de bodemvisserij.
Meer informatie: Kijk op www.visserijincijfers.nl
kapot gemaakt door de overheid