Volksvertegenwoordiger in Corona-tijd: waar zitten de knelpunten?

Hollands Kroon – Arthur van Dijk, commissaris van de Koning in provincie Noord-Holland, bracht recent een digitaal werkbezoek aan de gemeenteraad van Hollands Kroon. Met de nadrukkelijke oproep om vooral thuis te werken vanuit de regering en met de afspraak binnen het presidium van Hollands Kroon om dit jaar alle vergaderingen digitaal te laten plaatsvinden, toonde Van Dijk interesse voor de taak van volksvertegenwoordiger in Corona-tijd en legde de raadsleden het vraagstuk voor: waar liggen de knelpunten?

Fractievoorzitter Sylvia Buczynski van de PvdA beet het spits af. “Het loopt digitaal goed, maar ik mis het echte contact met echte mensen in een zaaltje, of ergens waar je heen gaat, tijdens de raadsvergaderingen. Dat is lastiger. Daarom kunnen zaken in de raad soms wat scherper worden gesteld. In een informeel gesprek kom je wat meer achtergronden te weten, maar in een digitale vergadering gaat dat niet. Je moet dus meer moeite doen om contacten telefonisch of digitaal te onderhouden. Het snelle en ongedwongen contact, dat mis je.”

Lichaamstaal
Petra Borst, raadslid voor de VVD, herkent zich in de woorden van college Buczynski. “Ik mis ook het persoonlijke contact en kan mij aansluiten bij de woorden van Byczynski. Het is soms erg lastig. Anders wend je tijdens een vergadering je blik naar links of naar rechts en weet je hoe het loopt. Je kan niet even een knipoogje geven tijdens een teamsvergadering. Mensen even aanschieten gaat niet zo makkelijk meer.”

CDA-raadslid Jan-Willem van der Klugt benoemt het missen van lichaamstaal. “Het gaat er niet altijd om wat iemand zegt, maar hoe iemand het zegt. De intermenselijke communicatie bestaat voor een groot deel uit lichaamstaal, zo’n 60 tot 75%. Het gesproken woord maakt maar voor een klein deel uit van de communicatie tussen mensen”, aldus Van der Klugt, die daarnaast een compliment uitdeelde naar de eigen griffie voor het organiseren van digitale vergaderingen. Hollands Kroon was na de uitbraak van de Coronacrisis één van de eerste gemeenten in Nederland die digitaal kon vergaderen.

“Second best”
Fractievoorzitter Lilian Peters van GroenLinks liet een ander geluid horen. “Natuurlijk is digitaal vergaderen ‘second best’ maar ik ben wel heel blij dat het kan. Het hangt ook van de eigen discipline af en ook de techniek, maar ergens bevalt digitaal vergaderen ook wel. Het geeft ook ontspanning. Je hoeft niet te denken aan het afstand houden of andere maatregelen. Het kan wat efficiënter, maar dat ligt ook aan ons zelf. Ik ben blij dat digitaal vergaderen tot eind van dit jaar mogelijk is en voor volgend jaar hoop ik dat het voor iedereen weer betere tijden worden.”

Liesbeth Vlietstra, fractievoorzitter D66, had weer een andere insteek. “Ik merk uit het contact met inwoners dat zij denken dat wij niet meer bereikbaar zijn. Verder is het wat behelpen, je probeert goed te luisteren, maar het contact is minder dan anders. Misschien meer stimuleren om aan te geven dat het contact ook op een andere manier kan?”

Briljant idee
Tot slot nam raadslid Jan Eichhorn, GroenLinks, digitaal het woord. “Misschien heb ik een briljant idee? Ik denk het zelf eerlijk gezegd wel. Raadsleden die behoefte hebben aan meer contact kunnen tijdens de vergaderingen met hun laptop in de raadszaal gaan zitten en anderen die dat niet willen gewoon thuis. Het is dus geen hybride vergadering want we vergaderen digitaal. Het zou een goede oplossing kunnen zijn”, zo opperde het GroenLinks-raadslid, die op bijval kon rekenen van college-raadsleden en op de melding dat de griffie van Hollands Kroon dit verder gaat onderzoeken.

Tot slot meldde burgemeester Rian Van Dam dat ‘het voor de raad wat moeilijker is geworden om de thermometer in de samenleving te kunnen steken’ en verwees Arthur van Dijk naar het ontbreken van ‘de borrel na de wedstrijd’. “Ik denk dat we die allemaal missen. Het is belangrijk dat na de vergaderingen ook het sociale contact er is. Nu zet je de knop uit, klapt de laptop dicht terwijl politiek zoveel meer is. Het is zoals het is en binnen dat perspectief moeten we op zoek gaan naar andere vormen van contact. Onze uitdaging is om op de één of andere manier burgers bij onze processen te blijven betrekken.”

Mobiele versie afsluiten