
Den Helder – Het college van B&W heeft op verzoek van Behoorlijk Bestuur vragen beantwoord over een mogelijkheid tot het behouden van de Paddenstoel, het gedeelte van het oud V&D gebouw waar jarenlang het restaurant gevestigd was. Aangezien het gebouw in eigendom is van Helder Vastgoed, kan de gemeente het gebouw niet beschermen tegen sloop dan wel herplaatsing onderzoeken. Ook de vraag voor een burgerpanel door Behoorlijk Bestuur kreeg geen gehoor binnen het college.
Overigens heeft de gemeente wel de waarde van het gebouw vanuit de naoorlogse wederopbouwarchitectuur verschillende keren onder de aandacht gebracht bij Woningstichting. Het voormalige V&D-pand met Paddenstoel is geen monument en heeft dus geen juridische status. Volgens B&W heeft de waarde van de Paddenstoel alleen betekenis in samenhang met het V&D gebouw: op de huidige locatie en in deze stedenbouwkundige context.
“Zo is het ook ontworpen. Het is als zodanig en los van de context niet een waardevol kunsthistorisch object”, aldus B&W, die ook het aandragen van ideeën door burgers voor de Paddenstoel niet gaat onderzoeken. “Als op een andere locatie een uitzichtpunt gewenst is, kan dat beter voor die opgave worden ontworpen in plaats van dit object proberen te verplaatsen. De gemeente gaat hiervoor niet met een burgerpanel aan de slag.”
Tot slot laat B&W weten dat een initiatief voor samenwerking met ondernemers te onderzoeken niet aan de gemeente is. “Wij zijn geen eigenaar van het gebouw.” Om diezelfde reden wordt ook niet onderzocht of er budget is om de Paddenstoel te demonteren en op te slaan dan wel via subsidies of gemeentelijke gelden bij te dragen in kosten voor behoud van de Paddenstoel.