Den Helder – De Veteranendag in Hotel Den Helder heeft vrijdag opnieuw op een grootse opkomst kunnen rekenen. Honderden (oud-)militairen haalden herinneringen bij elkaar op aan de Marsdiepstraat. Burgemeester Jan de Boer vertelde in zijn openingswoord trots te zijn op de Defensie van de marinestad.
“Het is weer volle bak”, begon De Boer zijn toespraak in de afgeladen ontmoetingshal. “Elk persoon hier heeft een ander verleden. Soms lang geleden, maar het kan net zo goed veel recenter zijn.” De burgemeester benadrukte nog maar eens hoe mooi hij het vond dat er zoveel mensen waren uitgerukt naar Hotel Den Helder. “Elke veteraan heeft zijn eigen kenmerkende loopbaan. Maar dat betekent niet dat u alleen bent. Dat blijkt vandaag des te meer.”
Op 1 januari 2023 telde Nederland ruim 102.000 veteranen. Bijna 77.000 zijn niet meer actief, ruim 25.000 zijn nog in dienst. Den Helder is met 2.300 (oud-)militairen waarschijnlijk de stad met de meeste veteranen. De Boer ging ook in op de erkenning voor de strijdkrachten. “83% zegt waardering te hebben voor de veteranen en dat percentage is nog altijd stijgende. Ik zou zeggen: op naar de 100%. Ik ben trots burgemeester van Den Helder te zijn. Hier koesteren we onze geschiedenis met een eeuwenlange band met onze militaire veteranen. De Koninklijke Marine zit inmiddels dik verweven in ons DNA.”
‘Defensie beschermt wat ons dierbaar is’
Daarna was het woord aan Paul Willemse, afgevaardigde van commandant Zeestrijdkrachten (CZSK). Hij leidde zijn toespraak in met een anekdote over zijn eerste uitzending naar Afghanistan. “Soms was het spannend als we maximaal bewapend de poort uitgingen, het land in. Natuurlijk was er een thuisfront die het nieuws op de voet volgde.” Een gevoel dat de aanwezige veteranen misschien ook wel herkennen. “Dit is niet iets wat iedere Nederlander meemaakt. Defensie beschermt wat ons dierbaar is. Dat deze zaken niet vanzelfsprekend zijn, maakt de oorlog in Oekraïne elke dag weer pijnlijk duidelijk.”
De toespraken werden gevolgd door het spelen van de taptoe en een minuut stilte. Na het indrukwekkende moment waren de klanken van het Wilhelmus te horen. De aanwezigen gingen vervolgens onder het genot van een hapje en een drankje met elkaar in gesprek. Ook stond er een diner op het programma in Hotel Den Helder.