Regio Noordkop – De portefeuillehouders van economische zaken uit de vier Noordkopgemeenten hebben in een brief aan minister Van ’t Wout een noodsignaal namens de ondernemers afgegeven. Uit de brief blijkt dat de bestuurders door gesprekken met ondernemers in hun gemeenten het beeld hebben gekregen dat het water de ondernemers tot aan de lippen staat en dat de huidige steunmaatregelen niet voldoende zijn.
Volgens de wethouders leidt het aanhoudende inkomstenverlies tot stress, onrust en soms tot psychologische klachten.“De berichten over gezondheidsklachten bij onze ondernemers nemen wij meer dan serieus. De gezondheid van ons allen staat voorop in de bestrijding van het coronavirus”, aldus de gemeente. Een oplossing voor dit probleem is volgens de portefeuillehouders een vergroting van het maatwerk en de mogelijke toepassingen van de bestaande regelingen. Momenteel vallen veel ondernemers tussen wal en schip vanwege de beperkte toepassingsmogelijkheden van de steunregelingen.
Steunmaatregelen
Zo blijkt de Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL) voor veel ondernemers niet beschikbaar. Om gebruik te kunnen maken van deze regeling moeten ondernemers onder andere aantonen dat zij meer dan 30% omzetverlies in het 1e kwartaal van 2021 hadden, vergeleken met het 1e kwartaal van 2019. Wanneer de onderneming medio 2019 gestart is kan dit dus niet worden aangetoond. Als men het eerste kwartaal van 2019 ongeacht de reden ook een slecht kwartaal had is dit omzetverlies niet altijd groot genoeg. Daarnaast moet de onderneming minimaal €1500 aan maandelijkse vaste lasten hebben. Hierbij wordt niet gekeken naar de daadwerkelijke vaste lasten maar naar een gemiddelde binnen de branche. Hierdoor loopt de regeling volgens de wethouders uit de pas met ondernemers die eind 2019 of begin 2020 stevig hebben geïnvesteerd in groei.
Wanneer ondernemers geen recht hebben op de TVL hebben zij ook geen recht op de Eenmalige opslag Voorraad Gesloten Detailhandel (VGD), bedoeld voor bedrijven die hun voorraad door de crisis niet hebben kunnen verkopen. Ook hekelen de wethouders de partnertoets die plaatsvindt bij de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo). Deze regeling biedt inkomensondersteuning voor levensonderhoud voor ondernemers, waaronder zzp’ers, die in de financiële problemen zitten door de coronacrisis. Wanneer de ondernemer echter een partner heeft met een inkomen boven het sociaal minimum is er geen recht op deze regeling. Dit terwijl het dekken van zowel de zakelijke als private vaste kosten op enkel het inkomen van de partner volgens de wethouders in de praktijk niet haalbaar is.
Maatwerk
Er moet iets gebeuren vinden de vier wethouders. “De horeca heeft geen draagkracht meer om nog een jaar Pasen, Hemelvaart en Pinksteren mis te lopen”, zo stellen de bestuurders en daarom is nu gekozen voor deze noodbrief: “Door de ernst van de situaties die wij tegenkomen, zien wij ons genoodzaakt dit bij u met klem onder uw aandacht te brengen, in het belang van het voortbestaan van ons lokale ondernemerschap.” De maandenlange sluiting van ondernemingen valt volgens de wethouders niet onder het reguliere ondernemersrisico en om die reden zijn de financiële gevolgen niet voor alle ondernemers meer te dragen. Om de ondernemers te redden is het nodig dat er een meer ruimhartige toepassing van de TOZO, TVL en VGD mogelijk wordt gemaakt, gelet op de eerdergenoemde knelpunten. Hierdoor zouden meer ondernemers dus recht moeten krijgen op overheidssteun. Daarnaast is het van belang dat deze regelingen ook niet verder belast worden, zoals nu vaak het geval. Bij ondernemers die de steunregelingen wel hebben ontvangen worden deze bedragen bij het inkomen opgeteld, waardoor het ook weer voor een deel terugbetaald moet worden in de vorm van inkomstenbelastingen. Geopteerd wordt voor een onbelaste uitkering, met terugwerkende kracht.
De gemeente heeft zich de afgelopen tijd ook ingezet voor het belang van de ondernemers en zal dit blijven doen, maar de steun vanuit Den Haag is hard nodig: “Als gemeenten hebben we vanaf maart 2020 zelf ook acties ondernomen. Variërend van het kwijtschelden van belastingen en facturen; uitstel van betalingen aanbieden; politieke en bestuurlijke beleidsaanpassingen zodat andere activiteiten door bedrijven opgenomen konden worden, tot het instellen van noodfondsen voor (innovatieve) bedrijfsactiviteiten. Het is een opdracht van ons allemaal de steunmogelijkheden voor onze ondernemers maximaal te onderzoeken. Wij blijven intussen in contact met onze ondernemers om hen binnen onze mogelijkheden te ondersteunen.”