Den Helder – Theater De Kampanje vormde maandag het podium van de Toogdag voor de Wadden. Natuurorganisaties, bedrijven, burgers, organisaties en bestuurders waren naar Willemsoord afgereisd om te praten over het thema energiek waddengebied. Ook ministers Jetten, Van der Wal en Harbers waren aanwezig.
De toogdag werd afgetrapt met een welkomstwoord van dagvoorzitter Monique Ooms, waarna het woord aan minister Harbers van Infrastructuur en Waterstaat was. De politicus sloot later aan, waardoor hij een videoboodschap had ingesproken voor de aanwezigen. “In deze levende zee en dit levende gebied vragen de kusten om permanente aandacht”, vertelde de VVD’er. Als voorbeelden noemde hij onder meer de vaargeulen, havenmondingen en zandsuppletie. “Samen werken we aan de toekomst van ons land en dit gebied. De wadden worden de kraamkamer voor oplossingen voor de toekomst.”
Vervolgens was het woord aan Arnoud Brok, voorzitter van Omgevingsberaad Waddengebied. Hij ging in zijn toespraak in op de ambities en vraagstukken van de wadden. “De energie van de inwoners midden in dat UNESCO-werelderfgoed gebied is essentieel.” Als voorbeelden voor toekomstige oplossingen, noemde hij het varen van schepen op waterstof en het aanpakken van de plastic soep. “Mens en milieu moeten samen staan in ons beleid. Het feit dat je er woont en werkt, betekent dat je met respect met de natuur moet omgaan. Zonder inwoners nadrukkelijk te betrekken, gaat dat niet.” Naast de mening van burgers mee te nemen in besluitvormingen, is samenwerking volgens Brok een belangrijk speerpunt. “Nationaal, maar ook internationaal met Duitsland en Denemarken. Ook moeten we signalen uit de regio veel beter laten doorklinken in Den Haag. Daarnaast is het zaak om te zorgen dat de natuur weer van wereldklasse wordt. Dat is op dit moment niet of onvoldoende het geval.”
Jongeren en het Wad
Tijdens het congres kwamen ook verschillende jongeren die in het Waddengebied wonen of werken aan het woord. Zo vertelde Daan Gerssen, beroepsvisser tussen Den Helder en Den Oever, over het belang van de visserij voor het gebied. Ook veehouder Reijer Rotgans kwam aan het woord. Bij zijn bedrijf in Hippolytushoef worden koeien gemolken met robots. Dat wil hij graag kunnen blijven doen. De melk in de lunchpauze was afkomstig van melk van zijn bedrijf.
Tussen de twee congressen en na afloop werd er een Waddenmarkt georganiseerd in de omloop van De Kampanje. Op de markt stond bijvoorbeeld het project Green Shipping, een bedrijf dat zich focust op het vergroenen van recreatieve, service-, visserijschepen en de infrastructuur van havens. Ook het project ‘Wad gaat om’ richt zich op verbetering van het Waddengebied. Eileen Blackmore vertelde wat allemaal nodig is om tot een systeemverandering te komen om de hoeveelheid plastic te verminderen. De andere kraamhouders mochten hun initiatieven op een zeepkist pitchen in de grote zaal van De Kampanje. Zo werden onder meer de Vismigratierivier onder de Afsluitdijk en een onderwatervlieger die energie opwekt benoemd.
Paneldiscussie met Van der Wal, Jetten, Brok en Loggen
In het tweede congres vond een paneldiscussie plaats. Ministers Van der Wal (Natuur en Stikstof) en Jetten (Klimaat en Energie), praatten met Brok( Omgevingsberaad Waddengebied) en Loggen (Voorzitter van het Waddenfonds). Van de Wal stipte daarin vooral het belang van een goede balans aan. “Dat moet altijd op één staan. We moeten natuur niet zien als een obstakel, maar economische activiteiten in balans brengen met de natuur. Het is cruciaal dat de natuur in orde is.” Jetten spreekt van een ‘heel grote urgentie’ voor het aanpakken van de klimaatcrisis. “Alleen focus op CO2 is niet voldoende. We moeten ook de biodiversiteit in de gaten houden. Daarbij is het heel belangrijk dat we goed onderzoeken wat wel en niet kan in het Waddengebied.” Hij was blij met de aanwezige initiatieven: “We hebben ze hier keihard nodig. Ze zijn noodzakelijk, omdat dit gebied gaat veranderen.”
Aansluitend op het panelgesprek en de pitches vond de Waddenmarkt plaats, waar standhouders hun initiatieven onder ogen brachten onder het publiek. De aanwezigheid van drie ministers stipt het belang van de Toogdag voor de Wadden aan. “Het Waddengebied is zo een uniek gebied”, vertelde Jetten daarover. “Er gebeurt zoveel tegelijkertijd. Dan is het belangrijk dat je daar met meerdere ministers bij betrokken bent. Daarom voeren wij in het overleg met de regio regelmatig met zijn drieën overleg. Zodat niet één iemand in het kabinet zich in zijn eentje verantwoordelijk voelt, maar het echt een soort team-inzet is om dit gebied de aandacht te geven die het verdient. Ook zodat we met zijn drieën gezamenlijk het kabinet kunnen overtuigen dat je soms voor deze regio afwegingen maakt.”
‘Uniek natuurgebied’
Van der Wal sloot zich aan bij de woorden van Jetten. “We werken natuurlijk ook internationaal samen”, vulde de minister van Natuur en Stikstof aan. “Het stopt natuurlijk niet bij de landsgrenzen. Hier komt natuurlijk heel veel samen. Het is een uniek natuurgebied in de hele wereld. Er zijn heel veel economische activiteiten, zoals visserij, de haven en bereikbaarheid richting de eilanden. Ook wonen- en werken. Hoe ga je dat samen doen? Dat kun je als minister niet in je uppie. Daar moet je echt voor samenwerken. Alles komt in het Waddengebied samen. Het Waddengebied laat zien dat dat ook echt kan.”
