Eurokaartje voor de bus zou Den Helder een miljoen kosten (Update)

Den Helder – Het door GroenLinks voorgestelde Eurokaartje zou de gemeente jaarlijks een miljoen kosten, zo laat het college B&W weten. Ook denkt wethouder Heleen Keur niet dat een goedkoper busticket in Den Helder zal leiden tot meer gebruik van het openbaar vervoer, omdat inwoners overal in de stad gratis kunnen parkeren. Initiatiefnemer Marije Boessenkool is niet tevreden met de reactie van het college en wil het plan toch op de agenda houden.

Motie GroenLinks
In Alkmaar, de stad waar GroenLinks het idee vandaan haalde, is een groot gedeelte van de stad betaald parkeren, waardoor de voordelen van het reizen met het openbaar vervoer groter zijn. Om dit verder te stimuleren introduceerde de gemeente dus het Eurokaartje, waarmee iedereen op bepaalde lijnen en buiten de spits voor één euro met de bus een enkele rit kan maken. De gemeente betaalt de rest van het kaartje via een subsidie aan Connexxion.

Tijdens de raadsvergadering op 24 januari diende GroenLinks fractievoorzitter Marije Boessenkool een motie in waarmee het college de opdracht kreeg te onderzoeken of de introductie van het Eurokaartje ook voor Den Helder een optie was. Het onderzoek is inmiddels uitgevoerd, zo laat wethouder Heleen Keur weten. De conclusie van het college is echter niet positief: De geringe maatschappelijke effecten van het Eurokaartje wegen niet op tegen de hoge kosten.

Te duur en te weinig gebruikers
“Een eurokaartje is vooral interessant voor inwoners van Julianadorp. Het prijsverschil is voor hen ruim twee euro en in Den Helder niet meer dan 40 cent. Aangezien parkeren in het centrum van Den Helder gratis is, is het niet te verwachten dat autobezitters ineens met de bus naar Den Helder gaan.” Verder schat de wethouder in dat mensen met een WMO-indicatie een beter alternatief hebben met de WMO-Taxi. Dan resteert de groep mensen zonder auto, die nu ook al gebruik maakt van de bus.

Dan zijn er nog de kosten. De gemeente zal het verschil tussen de huidige prijs en het Eurokaartje aan Connexxion moeten betalen. Een grove berekening van de gemeente laat zien dat er jaarlijks 485.450 ritjes buiten de spits worden gemaakt, deze komen in aanmerking voor het Eurokaartje. Met een bijdrage van twee euro per rit lopen de kosten tegen een miljoen euro. In gemeente Alkmaar dekken de opbrengsten uit betaald parkeren ook een groot deel van de kosten. De wethouder raadt het idee daarom af, maar de gemeenteraad maakt uiteindelijk de beslissing.

Reactie college te kort door de bocht
Boessenkool laat zich niet zomaar uit het veld slaan: “Het college vindt dat het maatschappelijk effect niet opweegt tegen de kosten. Laat ik nou net hetzelfde vinden van hun keuze voor een veel te duur stadhuis op Willemsoord. Daar wordt met het grootste gemak 27 miljoen aan besteed, terwijl het ook voor 10 miljoen zou kunnen, maar als het om een voorziening voor de inwoners gaat, lijkt het wel of elk dubbeltje er één te veel is.” Daarnaast vindt Boessenkool dat het college zich niet moet wagen aan de maatschappelijke afweging, die is aan de raad.“Blijkbaar kiest het college bewust voor de rechtsongelijkheid dat Julianadorpers veel meer betalen om naar de stad te komen”, zo oordeelt Boessenkool.

De reactie van het college is ook te kort door de bocht vindt de GroenLinks fractievoorzitter: “Als ik met de auto naar de stad ga, kan ik daarna niet even een wijntje of een biertje drinken op een terrasje bij de Helderse horeca. Ga ik met de bus, dan kan dat wel. Er wordt ook volledig voorbijgegaan aan het duurzaamheidsaspect. Dat een eurokaartje eraan kan bijdragen dat inwoners van Julianadorp naar het Helderse centrum komen om te winkelen in plaats van dat ze naar Schagen rijden ziet het college ook niet.” Volgens GroenLinks zijn er wel degelijk veel maatschappelijke voordelen, zoals gelijkheid voor de inwoners en duurzaamheidswinst, te behalen met het plan.