Noord-Holland – Het Hoogheemraadschap heeft het afgelopen jaar €9,5 miljoen over gehouden. In een persbericht laat de overheidsorganisatie weten dat het overschot onder meer komt door lagere uitgaven, hogere prijzen voor teruggeleverde elektriciteit en uitblijvende tegenvallers bij het Hoogwaterbeschermingsprogramma.
“Een onrustig jaar” omschrijft het Hoogheemraadschap het afgelopen jaar. Vooral het coronavirus had invloed op de begroting. Er werden minder evenementen georganiseerd door de coronamaatregelen en ook konden sommige werkzaamheden niet plaatsvinden vanwege personeelstekorten. De hoge energieprijzen hebben het hoogheemraadschap geen windeieren gelegd. “Dankzij meer zonnepanelen is weer meer elektriciteit opgewekt en geleverd aan het net”, is te lezen in het persbericht.
Een andere post is het Hoogwaterbeschermingsprogramma. Hierin staat een reservering voor tegenvallers, bijvoorbeeld door veel regenval of overstroming. De tegenvallers “hebben zich gelukkig niet voorgedaan” zegt Saskia Borgers, portefeuillehouder financiën. €3,3 miljoen van het overschot blijft binnen het Hoogwaterbeschermingsprogramma voor eventuele toekomstige tegenvallers. De overgebleven €6,2 miljoen gaat naar de begroting van 2023, waardoor “de belastingverhoging als gevolg van inflatie van dat jaar kan worden beperkt”.
